wat kenmerkt zwemtalent

Wat kenmerkt zwemtalent? Het antwoord na vijf jaar onderzoek

De sportzomer van 2024 zit er op en wat was het een feest! Van het EK voetbal tot de Paralympische Spelen regende het fantastische sportmomenten. Nieuwe gezichten wonnen hun eerste eremetaal, terwijl andere kampioenen zo vaak de hoogste trede beklommen dat ze nu worden gezien als de beste aller tijden. Ieder van hen heeft op weg naar het podium vele leeftijdsgenoten achter zich gelaten. Een uitdaging die ook de nieuwe generatie sporters met grote dromen zal moeten aangaan. Maar wat maakt dat de ene sporter de top haalt en de andere niet?

De afgelopen jaren heb ik me vastgebeten in dat vraagstuk, met een specifieke focus op het zwemmen. Onder leiding van Marije Elferink-Gemser, Chris Visscher en Ruud Koning volgde ik voor een langere periode de ontwikkeling van talentvolle zwemmers op meerdere vlakken. We analyseerden databases met miljoenen zwemtijden, maar verzamelden zelf ook gegevens op testdagen om de fysieke, mentale, technisch en tactische kwaliteiten in kaart te brengen van zwemmers op koers naar het eliteniveau (top 50 wereldwijd). Met behulp van verschillende statistische methoden is hun ontwikkeling vergeleken met die van leeftijdsgenoten die alleen nationaal succesvol bleken (top 50 nationaal). De zes studies in mijn uiteindelijke proefschrift ontrafelen daarmee de kenmerken en ontwikkelingspatronen die samenhangen met internationaal zwemsucces.

Het onderzoek werd mogelijk gemaakt door de unieke samenwerking tussen de KNZB, InnoSportLab de Tongelreep en de RUG/UMCG, waarbij tijd nog moeite werd gespaard om de weg naar de zwemtop beter te begrijpen. Een beter begrip hiervan is namelijk belangrijk om talenten optimaal te kunnen begeleiden naar het hoogste niveau, en om ook in de toekomst als zwemland goed te blijven presteren. Ik kreeg echter geregeld te horen dat talent herkennen in zwemmen best makkelijk is – degenen die als eerste aantikken, zijn toch de grootste talenten? Zwemtijden en nationale ranglijsten spelen dan ook een belangrijke rol in het selecteren van zwemmers voor talentgroepen. Maar vertellen die zwemtijden wel het hele verhaal? Hoe belangrijk is het om op jonge leeftijd snel te zwemmen, en wat is ‘snel’ dan precies?

 

Latere topzwemmers zwommen inderdaad vanaf hun twaalfde gemiddeld sneller dan degenen die uiteindelijk ‘slechts’ de nationale subtop behaalden

 

Wanneer is hard zwemmen, snel genoeg?

Om meer duidelijkheid te krijgen over de ‘waarde’ van zwemprestaties op jonge leeftijd, analyseerden we de ontwikkeling in seizoensbeste tijden van ruim 3.100 zwemmers. Deze zwemmers behaalden op volwassen leeftijd verschillende prestatieniveaus, variërend van de nationale subtop tot de absolute wereldtop. Daaruit kwam naar voren dat de latere topzwemmers inderdaad vanaf hun twaalfde gemiddeld sneller zwommen dan degenen die uiteindelijk ‘slechts’ de nationale subtop behaalden. Maar daar is lang niet alles mee gezegd.

Naast dat we grote individuele verschillen vonden in de leeftijd waarop zwemmers doorbraken tot de wereldtop, zagen we ook dat niet iedereen die zo hard zwom in de jeugd uiteindelijk de top haalde. Tegelijkertijd vonden we ook dat de zwemmers die het wél haalden, allemaal een bepaald prestatieniveau hadden. Er lijkt een soort sweet spot te zijn. De vraag is dus: hoe snel, is snel genoeg?

 

Benchmarks

Het onderzoek stelde ons in staat om ook op die vraag een antwoord te geven. Op basis van de historische gegevens van succesvolle zwemmers konden we namelijk leeftijdsgebonden benchmarks vaststellen die lieten zien welke zwemtijden minimaal nodig lijken om het eliteniveau te bereiken. Het zwemmen binnen die leeftijdsgebonden benchmarks – en dus dat hoge prestatieniveau in de tienerjaren – lijkt een voorwaarde om verder te kunnen groeien naar het eliteniveau, maar… biedt tegelijkertijd geen garantie.

De meeste Nederlandse zwemtalenten zwommen namelijk aan het begin van hun tienerjaren binnen die benchmarks en lagen dus ‘op koers’ naar het eliteniveau. Maar slechts enkelen bleven dat ook naarmate hun carrière vorderde. De zwemmers die dit niveau wisten te handhaven, boekten meer vooruitgang in hun zwemtijden tussen en binnen seizoenen. Dit suggereert dat, eenmaal op koers naar het eliteniveau, het vermogen om te blijven verbeteren net zo belangrijk, of misschien zelfs belangrijker is dan de huidige zwemprestatie. Daarnaast lieten deze zwemmers op een veelzijdig profiel van onderliggende fysieke, mentale, technische en tactische kwaliteiten een hoger niveau en meer vooruitgang zien. De specifieke kwaliteiten waarin zij beter waren ten opzichte van zwemmers die niet op koers lagen, verschilden per ontwikkelingsfase en geslacht. Een overzicht is te vinden in het laatste hoofdstuk van het proefschrift.

 

Zwemmers op koers naar het eliteniveau reflecteren vaker op hun sterke en zwakke punten tijdens trainingen en kiezen zorgvuldig welke taken extra aandacht verdienen

 

Wie snel wil worden, moet slim trainen

Het klinkt zo makkelijk, blijven verbeteren, maar hoe komt die progressie dan op gang? Er zijn periodes waarin dat bijna als vanzelfsprekend is, bijvoorbeeld als zwemmers in de groeispurt zitten, of als er steeds meer uren worden getraind. Maar bovenop deze factoren blijkt zelfregulatie een belangrijke factor te zijn in iemand zijn vermogen om te verbeteren. Het onderzoek laat namelijk zien dat zwemmers op koers naar het eliteniveau vaker reflecteren op hun sterke en zwakke punten tijdens trainingen en zorgvuldig kiezen welke taken extra aandacht verdienen. Ook evalueren ze na de training vaker hun trainingsproces en behaalde resultaten dan degenen die niet op koers liggen. Het lijkt daarmee dat zwemmers op koers naar het eliteniveau efficiënter en effectiever leren en trainen, waardoor ze meer voordeel halen uit hun training. Zeker na de puberteit wordt deze actieve leerhouding nog belangrijker, omdat verbeteringen dan steeds minder vanzelfsprekend worden.

 

Wie zwemtijden ontrafelt, ziet meer zwemmers de top bereiken

 

Drie aanbevelingen voor de zwempraktijk

Het antwoord op de vraag wat zwemtalent kenmerkt is dus allesbehalve een kort antwoord. En als het dan een kort antwoord moet zijn, is het ‘niet één ding’. Zwemmers op koers naar het eliteniveau kenmerken zich juist door de combinatie van hoge niveaus en sterke vooruitgang op zowel seizoensbeste tijden als onderliggende kwaliteiten gedurende hun carrière. Dat maakt het herkennen en ontwikkelen van zwemtalent hartstikke complex. Daarom is het belangrijk om zwemmers op meerdere vlakken te volgen, begeleiden en evalueren tijdens hun ontwikkeling.

 

Kijk verder dan zwemtijden

De aanbevelingen voor de praktijk zijn dan ook om verder te kijken dan alleen die zwemtijden. Het is belangrijk om te begrijpen hoe de huidige zwemtijd tot stand is gekomen. Heeft een zwemmer bijvoorbeeld een voorsprong qua groei- en trainingsuren, en wat zijn sterke en zwakke punten? Regelmatig testen en meten van verschillende fysieke, mentale, technische en tactische kwaliteiten is cruciaal in dit proces. Naast dat testen kunnen worden gebruikt voor de individuele monitoring van een zwemmer, is het ook waardevol om samen te werken met hogescholen en universiteiten. Het meedoen aan onderzoeksprojecten kan waardevolle lange termijn inzichten op groepsniveau opleveren. Dit onderzoek is daar een voorbeeld van.

 

Plaats prestaties in perspectief

Daarnaast is het belangrijk om te beoordelen hoe de huidige kwaliteiten van een zwemmer zich verhouden tot het eliteniveau. Dit gaat niet alleen om weten welke tijden nodig zijn om op het podium te eindigen, maar ook over het begrijpen hoe zwemmers stap voor stap die tijden bereiken en of zij op koers liggen. Ons onderzoek biedt twee profielen die hierbij kunnen helpen. Deze profielen – één voor mannen en één voor vrouwen – tonen welke fysieke, mentale, technisch een tactische kenmerken belangrijk zijn in verschillende ontwikkelingsfasen. Bovendien bieden deze profielen referentiewaarden die handvatten bieden voor zowel het evalueren van huidige prestaties als het stellen van doelen voor de toekomst. Coaches en zwemmers kunnen deze informatie gebruiken om gerichter te werken aan hun ontwikkeling. Dit overzicht is te vinden in hoofdstuk 8 van het proefschrift.

 

Stimuleer zelfregulatie

Na het analyseren en evalueren volgt natuurlijk het ondernemen van actie. Zoals aangegeven, speelt zelfregulatie een belangrijke rol in het verbeterproces. Gebruik dat! Coaches kunnen zwemmers aanmoedigen om vaker na te denken over hun sterke en zwakke punten door vragen te stellen zoals: ‘Wat ging goed en waarom?’ Ook kunnen coaches helpen bij het richten van de aandacht en inspanningen op de belangrijkste taken. Na de training kunnen zwemmers hun prestaties evalueren in relatie tot hun doelen door bijvoorbeeld een score van 1 tot 10 te geven. Vervolgvragen zoals: ‘Wat moet er gebeuren om een hogere score te behalen?’ of ‘Wat droeg bij aan de huidige score?’ kunnen het evaluatieproces verder verbeteren.

 

Coaches kunnen zwemmers aanmoedigen om vaker na te denken over hun sterke en zwakke punten door vragen te stellen

 

De waarde van onderzoek voor de praktijk

De afgelopen jaren heeft dit onderzoek een genuanceerder, verfijnder en concreter inzicht gegeven in de weg naar de zwemtop. Maar dit resultaat kwam niet vanzelf. Het kostte heel wat tijd, middelen en energie. En eerlijk is eerlijk, we hebben nog steeds veel te leren. Die combinatie kan soms ontmoedigen, en een reden zijn om niet aan onderzoek te beginnen of al vroeg de handdoek in de ring te gooien. Maar daar doen we onze talenten mee te kort.

Als we willen dat de volgende generatie talenten in de voetsporen treedt van de huidige kampioenen, moeten we blijven investeren in ons begrip van wat hen naar de top heeft gebracht. Daarom ben ik heel blij de KNZB, InnoSportlab de Tongelreep en de Rijksuniversiteit Groningen/UMCG de handen opnieuw in elkaar slaan en de volgende cyclus van talentonderzoek in zwemmen gaat starten. Net als in 2018, zullen ook nu de uitkomsten niet kunnen worden gegarandeerd. En net als in 2018 moet ons dat niet weerhouden de poging te wagen om weer een stukje van het mysterie rondom (zwem)talent te ontrafelen.

Op de hoogte blijven wanneer een nieuwe blog online staat? Kijk dan even hier.