training

Waarom de 10.000 uren regel te kort door de bocht is

Om ergens goed in te worden, moet je veel trainen. Dat staat buiten kijf. Maar hoeveel moet je precies trainen? En hoelang duurt die weg naar expertise? De bekende 10.000 uren regel lijkt ons antwoord te geven op die vraag. Maar wat is waar?

De 10.000 uren regel

De 10.000 uren regel is volgens veel mensen hét antwoord op de vraag hoe je de absolute top in een bepaald vakgebied bereikt. Train 10.000 uur (of ongeveer 10 jaar) en je zit op het niveau van een professional. Dat klinkt bijna te mooi om waar te zijn toch? Ik zal je verklappen: dat is het ook.

 

Waar komt de 10.000 uren regel vandaan?

De 10.000 uren regel is geïnspireerd door het werk van professor Anders Ericsson, maar – nu komt het – deze is niet door hem in het leven geroepen.  Sterker nog, Anders Ericsson is helemaal niet blij met de 10.000 uren regel, maar daar over later meer. Malcom Gladwell is degene die in zijn boek “uitblinkers” de 10.000 uren regel introduceert. En dat heeft een flink loopje genomen. Het is inmiddels een populaire vuistregel geworden als het gaat om het behalen van expertise in sport, muziek, wetenschap en ga zo maar door.

 

De theorie achter de 10.000 uren regel

Goed, we weten nu wie de bedenker is van de 10.000 uren regel (nogmaals: Malcom Gladwell dus), maar wat is de theorie? Daarvoor moeten we een stukje terug in de tijd.

In 1973 deden Herbert Simon en William Chase onderzoek naar de verschillen tussen schakers met een verschillend niveau. Ze wilden weten wat grootmeesters onderscheid van masters en beginnelingen. De bevindingen van hun onderzoek deden hen vermoeden dat het verschil tussen schakers het eindresultaat was van meer training en speeltijd in het schaakspel. Ze concludeerden dat er niet één geval was binnen hun onderzoek waarbij iemand grootmeester was geworden met minder dan 10 jaar aan oefening. Dit statement, gebaseerd op een simpel onderzoek onder drie (ja drie!) personen, was het begin van wat nu is uitgegroeid tot de 10.000 uren regel.

 

De verschuiving van kwantiteit naar kwaliteit

Het werk van Anders Ericsson

Anders Ericsson breidde het werk van Simon en Chase uit door te suggereren dat het niet alleen maar het aantal trainingsuren is dat zorgt voor individuele verschillen in prestaties. Volgens Ericsson gaat het om de hoeveelheid én het type training dat wordt uitgevoerd. Hij richt hierbij in het bijzonder de aandacht op het type training waarnaar hij refereert als deliberate practice, ofwel doelbewust trainen. Een zwemmer kan bijvoorbeeld zonder na te denken baan na baan zwemmen of hij kan aandachtig specifieke elementen van de prestatie trainen. Bijvoorbeeld door de focus te leggen op het behouden van slaglengte of specifieke intervallen te trainen richting race pace.

 

Er zijn verschillende vormen van training, en niet alle vormen van training zijn even effectief.

 

Drie redenen waarom de 10.000 uren regel te kort door de bocht is.

Misschien begint het nu al langzaam te dagen waarom de 10.000 uren regel te kort door de bocht is. Zo niet, geen paniek. Vanuit de wetenschappelijke invalshoek vind je onderstaand drie redenen waarom de 10.000 uren regel met een korreltje zout moet worden genomen.

 

1.     De 10.000 uren regel focust alleen op de hoeveelheid training

Je weet inmiddels dat trainen niet alleen om kwantiteit maar ook om kwaliteit gaat. Het gaat niet alleen om OF je het doet, maar ook om HOE je het doet. Dat stukje “hoe” is niet verpakt in de 10.000 uren regel en ook precies de reden waarom Anders Ericsson niet zo blij was toen dit rond ging. Het lijkt nu namelijk alsof het alleen maar om de hoeveelheid training gaat en niet om de kwaliteit van training.

 

2.     10.000 is een “random” gekozen getal

Wat? Hoezo “random”? Daar is toch onderzoek naar gedaan? Dat klopt. Maar in het onderzoek waarop de 10.000 uren regel geinspireerd is, was die 10.000 uur het gemiddelde aantal trainingsuren van een groep 20-jarige violisten die op dat moment nog niet eens hun beste prestatie hadden behaald. Ze waren nog geen experts. De 10.000 uur klinkt catchy, maar is daarom volgens Anders Ericsson (degene die dit onderzoek uitvoerde maar niet de 10.000 uren regel introduceerde) volledig willekeurig. Je had net zo goed het aantal trainingsuren op 18-jarige leeftijd kunnen pakken, alleen dan was je uitgekomen op 7.400 uur. Alleen dat is toch wat minder pakkend én het blijft een gemiddelde. Moraal van het verhaal: onderzoek wordt altijd gedaan in een specifieke context en daarom kun je de resultaten niet zomaar kopiëren en plakken naar een algemene regel.

 

3.     De 10.000 uren regel is te simplistisch

De 10.000 uren regel suggereert dat enkel training belangrijk is als het gaat om het bereiken van expertise. Daarmee lijkt het alsof iedereen de top kan behalen. Maar we weten allemaal dat dat niet zo is. Natuurlijk is training belangrijk. Heel erg belangrijk. Maar we kunnen de rol van genen (en andere factoren die invloed hebben op training) niet ontkennen en zomaar onder het tapijt vegen. Een beperking van de 10.000 uren regel is dus dat het kijkt naar de hoeveelheid training die je uiteindelijk moet hebben gedaan, zonder daarbij factoren die invloed hebben op training mee te nemen. Het is te simplistisch.

 

Take home message

Niemand zal ontkennen dat je veel moet trainen om de top te behalen. Veel oefenen is noodzakelijk, maar je blind staren op die 10.000 uur (of 10 jaar) is niet verstandig. Bovendien is het wetenschappelijk gezien ook nooit op die manier onderbouwd. Hoe zeer we er misschien ook naar verlangen, er is geen simpel antwoord op de vraag hoe je de top kunt bereiken. De ontwikkeling van een sporter is het eindresultaat van een enorm complex proces waarin zowel genetische factoren als omgevingsfactoren (zoals ervaring) een rol spelen. Aan het genetische pakketje kan je niet zoveel doen, maar de manier van trainen kun je wel verbeteren. Wil je daar meer over weten? Neem dan even contact met mij op.

 

Bron: Developing sport expertise: researchers and coaches put theory into practice (second edition 2013).

Op de hoogte blijven wanneer een nieuwe blog online staat? Kijk dan even hier.